Geschiedenis van de Barcelona chair

Geschiedenis van de Barcelona chair

De geschiedenis van de Barcelona chair – ook wel model 250L genoemd – is een boeiend verhaal in de evolutie van design meubels. Voor de Wereldtentoonstelling in Barcelona van 1929 ontwierpen architect Ludwig Mies van de Rohe en interieurontwerpster Lilly Reich in opdracht een stoel voor het Duitse paviljoen op die tentoonstelling. Inmiddels is de fameuze stoel een icoon en zijn er net als van bijvoorbeeld de beroemde Rietveld stoel volop replica’s te koop. De stoel schreef dus echt geschiedenis.

De Barcelona chair is gemaakt van verend en hoog gepolijst staal met afzonderlijke kussens voor het zit- en ruggedeelte van leer; beide voorzien van biezen en knopen. Kenmerkend is dat elk ledervlak op een afzonderlijke mal is gesneden. Dat is geen eenvoudig proces maar het verleent de stoel ongetwijfeld meerwaarde. Het onderstreept de ambachtelijke vervaardiging van de stoel. De ontwerpers vonden dat er bij dergelijke meubels een voetenbank moest komen, vervaardigd uit dezelfde materialen. Onder de design meubels van die tijd – en eigenlijk tegenwoordig nog – geldt de Barcelona chair als een elegant, eerlijk en bovenal functioneel ontwerp. Dat het ook nog eens een tijdloos design bleek, bewijst de niet aflatende belangstelling voor deze bijzondere stoel vele decennia later.

‘Minder is meer’ was indertijd het design motto. De in kruisvorm ontworpen roestvrijstalen poten van de stoel doen denken aan de aloude en eigenlijk antieke vouwstoel. Simpel maar doeltreffend. Op de tentoonstelling stonden uiteindelijk twee sets stoelen, uitgevoerd in wit geitenleer. De huidige replica’s zijn overigens in allerlei kleuren leverbaar op de markt van de design meubels.

Jaren na de Wereldtentoonstelling vonden deze stoelen alom een plaatsje in kantoren en bankgebouwen. Sinds 1948 produceert het Amerikaanse bedrijf Knoll International deze meubels. Voor de Benelux is dat de firma De Coene in Kortrijk, die de licentie van Knoll verkreeg.